|
|
Rechts: Portret van kroonprins Willem Frederik
George Lodewijk van Oranje Nassau, later koning Willem II der Nederlanden te paard
op het slagveld. prentmaker: Antonie en Pieter van der Beek naar tekening van: Nicolaas
Sonnenberg. (Coll. Rijksmuseum, Amsterdam).
De derde dag na zijn aankomst werd hij door zijn vader, de souvereine vorst, tot
generaal van de infanterie en inspecteur-generaal van alle wapenen en van de nieuwe
Nationale Militie, aangesteld. Als opperbevelhebber van het nieuw gevormde veldleger
nam hij deel aan de laatste krijgsverrichtingen in Brabant tegen de Franse garnizoenen
aldaar.
De nauwe band die reeds vroeg tussen hem en prinses Charlotte, de enige dochter van
George IV, was ontstaan, werd weldra een verloving, die hem de troonopvolger in Nederland,
iets als de positie van de koning-stadhouder Willem III scheen te beloven. Maar dit
laatste plan ging niet door, omdat de prinses weigerde om voortaan beurtelings in
Engeland en Nederland te wonen. De reeds naar Engeland vertrokken erfprins keerde
in juni 1814 ongehuwd naar Den Haag terug.
Daarna ging hij naar Brussel, waar hij in de winter van 1814/1815 de Engelse krijgsmacht
in België commandeerde, het Belgische leger organiseerde en zich door zijn beminnelijk
karakter reeds spoedig een grote populariteit verwierf. Hij bereidde er ook de bouw
van een nieuwe vestinggordel op de Franse grens voor.
Na de terugkeer van Napoleon kreeg hij op 26 maart 1815 de officiële titel Prins
van Oranje, die later als die van de troonopvolger in de grondwet werd vastgelegd.
De terugkeer van Napoleon in februari 1815 gaf de dappere prins gelegenheid om nog
een keer onder de beroemde Wellington, zijn heldenmoed en krijgskunst te tonen.
Willem Frederik George Lodewijk werd op 11 april 1815 belast met het bevel over de
eerste divisie van het Engels-Nederlandse leger onder opperbevel van Wellington.
(Bron tekst: Historici.nl)
Nederlandse leger in 1815
Omdat er steeds meer dreiging kwam vanuit een herrezen Frankrijk werd het leger in
allerijl gemobiliseerd. Binnen de kortste keren werden 30 infanterie bataljons, 10
cavalerie eskadrons en 10 artillerie batterijen in paraatheid gebracht. Met name
het op sterkte brengen van de artillerie batterijen bleek een zware opgave.
Zeker in het zuiden was dit een groter probleem dan in het noorden.
Uiteindelijk hadden De Nederlanden op 12 juni 1815 een mobiel leger op de been
gebracht waaronder 9 artillerie batterijen welke een sterkte hadden van 72 officieren,
2524 manschappen en 2559 paarden. Van deze 9 batterijen waren er overigens maar 7
volledig mobiel en uitgerust met voldoende paarden. Het totale leger bestond uit
ongeveer 31000 man. Dit hield in dat er 1,8 kanon was op iedere 1000 man terwijl
de standaard in die tijd 2,5 kanon per 1000 man was. Zeker voor een ongetraind leger
als dat van De Nederlanden was dit een zware onderbezetting. Behalve alle problemen
rondom de bezettingsgraad van personeel en paarden was er dus ook nog de slechte
getraindheid van de manschappen. De commandant van het Nederlandse leger, Prins Willem
van Oranje, zorgde er daarom voor dat iedere eenheid dagelijks een aantal uren moest
oefenen om tot een acceptabel niveau te komen.
Het tekort aan paarden werd indirect veroorzaakt door de catastrofale campagne
van 1812 in Rusland. Toen Frankrijk in 1813 met spoed het Franse leger aan het wederopbouwen
was werden in alle bezette landen paarden geconfisceerd. Hierdoor waren er in 1815
nog steeds onvoldoende (geschikte) paarden voor de artillerie. Veel batterijen werden
dus tijdens de Waterloo campagne getrokken door paarden die eigenlijk niet geschikt
waren voor militair gebruik.
Het Nederlandse leger bestond voor de slag bij Waterloo uit 3 infanterie divisies
en 1 cavalerie divisie welke kwamen te vallen onder de Anglo-Allied Forces. (Bron:
Saluutbatterij Atkins) |
|
Bronnen: |
Willem Frederik George Lodewijk van
Oranje-Nassau op Wikipedia |
Willem II, koning
der Nederlanden op Historici.nl op Historici.nl |
Willem II, koning
der Nederlanden op Historici.nl |
Portret van kroonprins
Willem Frederik George Lodewijk van Oranje Nassau |
Nederlandse
leger in 1815 |
|
|
|