|
|
Brussel 15 maart 1658 - 31 maart
1660 |
|
Het Parlement in Engeland was bevreesd
teveel zegevierende generaal een gevaar zou kunnen zijn voor de regering.
22 oktober 1659 werd Lambert uitbetaald en nam een commissie het commando van het
leger over. Daarop reageerde Lambert de volgende dag, 23 oktober, met de ontbinding
van het Parlement, zoals Cromwell dat eerder had gedaan.
24 oktober wees een zelfbenoemde raad Lambert aan als generaal-majoor en Desborough
tot commandant van de Cavalerie en 26 oktober gaf dezelfde raad de regering aan een
Veiligheidscommissie., bestaande uit 23 personen.
Daarop liet de Schotse generaal Monk weten als bemiddelaar naar Engeland te komen.
Lambert marcheerde met zijn leger naar het noorden en kwam 1 december aan in Newcastle.
15 december arriveerde Monk bij Berwick met een goed geoefend leger van 7000 man
sterk en hij bleef daar wachten tot het slecht gevoede en niet betaalde leger van
Lambert zou zijn losgeweekt. De twee generaals stonden tegenover elkaar terwijl in
de rest van het land anarchie heerste.
5 januari 1660 werd het Romp Parlement opnieuw samengesteld. De manschappen van Lambert
werden teruggeroepen en Lambert trok zich terug in zijn privéleven.
In London bestond veel sympathie voor Charles II en de Royalisten waren bereid om
hun recente fouten te herstellen als Charles, James of Henry met een buitenlands
leger zich bij hen zou voegen in Engeland.
James wilde wel komen. Hij had een leger, maar geen schepen en zolang er geen veilige
Engelse haven was zouden de Spanjaarden, die niet leveren.
Zo kwam de oude impasse weer terug. De benodigde havens moesten worden gekocht en
geld voor de aankoop was niet bereikbaar.
In februari 1660 was Charles verder weg van het krijgen van buitenlandse hulp, dan
ooit tevoren.
De Spaanse ministers wilden betalen voor 3000 manschappen, maar die moesten uit Frankrijk
vertrekken. Frankrijk bood daarentegen 30.000 pistoles voor een expeditie, maar het
leger moest in Vlaanderen aan boord gaan. Zo neutraliseerden de beloften van beide
landen elkaar. Charles begon meer en meer te geloven, dat generaal Monk zijn enige
hoop was.
12 januari 1660 legde de leden van het Parlement de Eed van Afzwering af van het
Huis Stuart en vroeg generaal Monk terug te gaan naar Schotland.
Maar Monk trok met 4000 soldaten te voet en 1800 te paard naar het zuiden.
21 januari kwam hij aan in York. In London had het Romp Parlement hem benoemd tot
generaal van de legers van Ierland, Schotland en Engeland.
Deputaties van het parlement kwamen hem tegemoet op zijn weg naar het zuiden. Iedereen
hoopte het beste voor zichzelf. Als voorzorgsmaatregel had de Romp London gevuld
met soldaten, maar Monk die halt hield bij St. Alban eiste de terugtrekking tot een
afstand waarop hun verblijven bezet konden worden door zijn troepen.
11 februari waren alle soldatenverblijven verlaten en 13 februari kwam Monk London
binnen en nam zijn intrek in Whitehall.
16 februari werd hij bedankt door het Parlement en Monk antwoordde, dat hij een nieuw
Parlement wenste.
Deze wens, met de verwerping van de Eed van Afzwering, alarmeerde de Romp opnieuw.
Daarop verklaarde de stad London, dat ze geen belasting meer betaalden, zolang ze
niet vertegenwoordigd waren in het nieuwe Parlement.
19 februari marcheerde Monk met zij leger London binnen, trokken wachtposten en kettingen
omver, vernielden de poorten en arresteerden vier wethouders en enkele andere leden
van de Common Council. (Bron tekst: The Travels of the King, Charles II in Germany
and Flanders 1654-1660 by Eva Scott). |
Generaal George
Monck (of Monk), 1st Hertog van Albemarle (1608ñ1670) door on bekende schilder. (Coll.
National Army Museum, London). Op dit schilderij draagt Monk de sjerp en de Kleine
George (sjerp kenteken) van de Orde van de Kouseband, em houdt een commandostaf in
de hand, een symbool voor militaire autoriteit. |
|
Bronnen: |
Charles II van Engeland op Wikipedia |
Generaal George Monck (of Monk) |
Boek
TheTravels of The King |
|
|
|