Inval door Frankrijk
in de Nederlanden: 1792-1795 |
|
Na de revolutie in 1789 begon Frankrijk
enkele jaren daarna met forse uitbreiding van het Franse grondgebied.
In 1793 verklaart Frankrijk ons land de oorlog. Door de patriotten wordt de komst
van de Fransen juichend tegemoet gezien: zij zullen een vernieuwing brengen. Voorafgaand
aan dit leger trekken vele duizenden emigranten vanuit Frankrijk naar het noorden;
ook in onze stad vinden zij een {voorlopig} onderdak. Mét de komst van het
Franse leger voor onze stadswallen zullen zij ook verder moeten vluchten. |
|
|
De Franse Inval in 1793
Omdat de Republiek door de Franse revolutionairen als een vijand van het Franse vrijheidsstreven
werd beschouwd, vielen op 1 februari 1793 14.000 Franse militairen binnen onder leiding
van generaal Dumouriez.
De inval richtte zich vooral op West-Brabant. Men hoopte van daaruit door te kunnen
stoten naar Holland.
De komst van het Franse leger werd aangegrepen als een aanleiding om in vele Brabantse
dorpen en steden de vrijheidsboom op te richten.
De vrijheidsboom, voor het eerst gebruikt in Boston in de vrijheidsstrijd tussen
Amerikanen en Engelsen in 1765, was het symbool geworden van de Franse revolutie.
In de vrijheidsboom hing meestal een vaandel en de Phrygische of Jacobijnse muts,
eveneens een revolutionair symbool.
De intocht van de Fransen had aanvankelijk succes met de inname van Breda op 27 februari,
maar de belegering van Willemstad* vanaf de ochtend van 1 maart liep op een mislukking
uit. Wel werd enkele dagen later Geertruidenberg ingenomen.
Uiteindelijk was de positie van het Franse leger strategisch niet meer houdbaar en
tegen het einde van maart waren alle Franse troepen weer weg en werden de vrijheidsbomen
demonstratief omvergehaald.
*) Afbeelding geeft een beeld van de belegering van Willemstad. |
|
|
Franse inval van 1794
Anderhalf jaar na hun vertrek uit Staats-Brabant, viel het Franse leger in augustus
1794 opnieuw de Republiek binnen, ditmaal onder leiding van generaal Pichegru.
Op 5 september werd Tilburg bezet, vervolgend door een reeks dorpen in de Meierij.
Op 4 oktober moest Den Bosch* zich na een lange belegering overgeven. Ongeveer 250
Franse royalistische soldaten die hadden meegeholpen bij de verdediging van de stad,
werden op het fort Isabella gefusilleerd.
In de daaropvolgende weken werd vrijwel het totale grondgebied van het huidige Noord-Brabant
veroverd, met inbegrip dus van Hollands Brabant en de vrije heerlijkheden in het
noordoosten.
Door de strenge winter vroren de rivieren dicht waardoor het Franse leger ook naar
het noorden kon trekken.
Uiteindelijk kozen de Staten Generaal de kant van de revolutie en vluchtte de stadhouder
naar Engeland.
*) Links een afbeelding van de belegering van en rechts de intocht van het Franse
leger in Den Bosch |
|
|
De afbeelding links geeft een beeld
van de belegering van Lent in de buurt van Nijmegen en op de rechter afbeelding trekken
de Fransen de bevroeren Waal over. |
|
|
Aan het einde van de achttiende eeuw
wonen in Nederland zoveel mensen dat zij afhankelijk zijn van voedselimport. Dit
geldt met name voor Noord-Brabant met zijn arme grond en in 1795 ruim 200.000
zielen telt.
In 1794 vallen 72.000 Franse soldaten het gewest binnen. Deze krijgsmacht leeft van
het land terwijl de voedselaanvoer stopt. Hierdoor lijdt het leger en vooral ook
de bevolking honger. De ellende in Noord-Brabant is zo groot dat het Franse leger
het gewest ontvlucht en de rest van Nederland verovert. In 's-Hertogenbosch sterven
de meeste mensen. Het is de grootste stad die bovendien door een overstroming van
de buitenwereld wordt afgesloten. |
|
|
In 1794/1795 gingen de Fransen onder
generaal Pichegru samen met het Bataafse Legioen onder generaal Daendels noordwaarts.
's-Hertogenbosch werd veroverd tegen eind 1794. Daendels riep zijn medeburgers in
Gelderland en Overijssel te hulp. Die aarzelden. Ook Pichegru aarzelde. Het was een
extreem strenge winter. De Hollandse waterlinie rond Amsterdam was een ijslinie geworden,
waarover de Franse soldaten Utrecht konden bereiken en veroveren. Daendels kon door
overreding Amsterdam aan zijn zijde krijgen. En dan begint een revolutie. |
|
|
In januari 1795 bereikten de Franse
troepen Utrecht. Daar werden zij enthousiast verwelkomd met vlaggetjes en emblemen
van de revolutie. Revolutionaire comité's namen de macht over en orangistische
hoogwaardigheidsbekleders vluchtten, maar werden in het algemeen ongemoeid gelaten.
De in 1787 onderdrukte revolutie van de patriotten werd weer opgepakt en leek aan
te sluiten bij de idealen van de Fransen. Er werden tal van overwinningsparades georganiseerd
en dankdiensten in kerken. De nieuwe patriottische regering veranderde de naam van
de Republiek in die van "Bataafse republiek."
5 dagen na het vertrek van de laatste Stadhouder kwam een afdeling Franse soldaten
van 200 man, met slaande trom Scheveningen binnen. |
|
Bronnen: |
Geschiedenis van Scheveningen.
Hoofdstuk
XXIV. Scheveningen in den Franschen tijd. |
De Franse Inval in
1793 |
De Franse inval van
1794 |
De Franse Revolutie |
Overbevolking in
Noord-Brabant en de verovering van Nederland, 1794-1795 |
Invasie van Franse
troepen in 1795 (27 december 1794 - 19 januari 1795) |
Rampzalige
Franse tijd voor Lent Gelderland |
De ondergang van de Republiek der Verenigde
Nederlanden |
Republiek II |
Haags Gemeentearchief |
|