Bernardus Johannes Blommers (1845-1914)
Breiend Schevenings meisje op het duin. (Bron: Kurhaus Hotel Scheveningen 1885-1985. Gastenboek, Leo van Heiningen. Uitgave: Sijthoff Handelsdrukkerij).

Het gastenboek als tekenboek

Die eerste jaren dat hel Gouden Boek gebruikt werd, moeten een mooie tijd zijn geweest - althans voor de welgestelden. Bouwkunst, schilderkunst en muziek leken samen te smelten tot een groots vertoon van weelde en pracht. Aan alles wat de mens omringde, werd zorg besteed, niet alleen aan zijn onderdak, maar ook aan kleding en meubels tot gordijnen, wandbetimmeringen en deurknoppen toe. Zo ook wat betreft het Gouden Boek.

Nadat het badseizoen van 1894 was afgesloten, vatte directeur Goldbeck het aardige plan op om een aantal bekende schilders te vragen het Gouden Boek op te fleuren met een tekening. Juist in die jaren bezochten vele kunstenaars Scheveningen. Trokken voorheen veel schilders naar Italië, het land van de zon, de tempels, Romeinse beelden en schone vrouwen, nu vormden de Hollandse zee, duinen en polders een nieuwe bron van inspiratie. Hier, aan de Noordzeekust is alles, zelfs op zonnige dagen, gehuld in een fijne nevel. Het landschap verkrijgt hierdoor een zilvergrijze waas. De in Den Haag werkzame kunstenaars die hierop hun kleurenpalet baseerden, duiden we aan met de verzamelnaam 'Haagse School'.

Scheveningse kinderen

B. J. Blommers, buurman van Bisschop, kreeg eveneens bezoek van Goldbeck. Om 'een Blommers' te kopen moest je in die lijd wel zo'n tweeduizend gulden neertellen (anno 1985: ca. 50.000,- gulden), Vooral de Engelsen waren dol op zijn schilderijen van Scheveningse kindertjes. Tegenwoordig staat hij lager genoteerd op de ranglijst van de Haagse School.

Ook bij Blommers trof men 'een Schevenings hoekje' aan, dat hij had laten bouwen in navolging van de oude Israëls, die hij zeer bewonderde. Maar hiermee houden alle overeenkomsten op. Blommers benadrukte in zijn schilderijen juist de gezelligheid van die donkere, ouderwetse vissershuisjes- Met een waar genoegen schilderde hij de sprankelende glimlichtjes op vogelkooitjes en theeserviezen, die het schaarse daglicht opvangen. Bij hem geen treurende weduwen of ondervoede kinderen. Hij laat dartele kindertjes spelen met een kat.

Zijn modelletjes hoefde hij niet uit het vissersdorp te halen. Het gezin Blommers telde maar liefst tien kinderen. Hij kon kiezen uit alle leeftijden. Vaak stak hij ze in Scheveningse kostuumpjes. Naderhand liet hij ze op zijn doeken veel buiten spelen, ravottend in het duin, of pootje badend in zee. Zijn kleurenpalet werd helderder, lichter, 'zonniger'. Bekend uit die periode zijn de luchtige warme pasteltekeningen, een fraai wandsieraad voor een smaakvol ingericht boudoir. De aquarel in het 'Gulden Boek' dateert uit die latere periode. Het schetsje is niet onaardig: op grappige wijze bijvoorbeeld steken van onder de blauwe voorschoot van hel meisje haar rode sokjes uit. Maar dit plaatje doet naar onze mening tevens de schaduwzijde van Blommers talent uitkomen. Het is al al duidelijk een routinestukje, haastig neergepenseeld. Blommers werkte soms te snel, te gemakkelijk, al te zeer steunend op zijn grote vaardigheid. Zijn taferelen van kindertjes ontbreekt het nogal eens aan spanning en kracht. Zijn publiek kocht zijn werk vanwege 'die schattige smoeltjes' toch wel.
 
B.J. Blommers werd in Den Haag geboren en studeerde samen met Willem Maris aan de Haagse Academie. Hij is voornamelijk gewaardeerd voor zijn schilderijen met kinderen of vissersvolk op het strand van Scheveningen of Katwijk. Echter in het begin van zijn carriere schilderde hij ook graag Vissersinterieurs. Blommers ontving vele prijzen zowel in zijn vaderland als in het buitenland en was een van de meest gewaardeerde en bekende schilders uit zijn tijd. In een hoek van zijn atelier had hij een Vissers-interieur ingericht. In 1882 verhuisde hij naar Scheveningen, waar hij een huis bouwde bij het strand. Van toen af specialiseerde hij zich geheel in levendige strand en duinscenes met kinderen en figuren. Bernardus Johannes Blommers was de zoon van een lithograaf. Kunst werd in het ouderlijk huis gewaardeerd, zodat hij in de gelegenheid werd gesteld de Haagse Kunstacademie te bezoeken. Hij kwam daar in contact met Anton Mauve en de gebroeders Maris. Van grote invloed op zijn werk waren de werken van Jozef Israels. Veel werk werd geexporteerd naar de VS en Canada waar hij een grote naam had opgebouwd. Zijn later schilderijen waren vrolijker en lichter dan het normale werk uit de Haagse school . (Bron tekst: Artdumay.nl)
 
Bronnen:
Bernardus Johannes Blommers